Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [36]Vertrekt, vertrekt, gaat uit [37]van daar, [38]raakt het onreine niet aan; gaat uit het midden van hen, reinigt u, [39]gij, die de vaten des HEEREN draagt! 36. Eene vermaning tot Gods volk, om met ijver uit het lichamelijke en geestelijke Babel te vertrekken. 37. Van Babel in Chaldea, gelijk hfdst.48 vs.20, ook uit het geestelijke Babel, namelijk uit het rijk van den duivel en van den Antichrist. 38. Versta hierbij: Maar begeeft u tot alle heiligheid. Zie vs.1. 39. Dat is, gij priesters en Levieten; en in het Nieuwe Testament, al gij gelovigen, als zijnde altemaal geestelijke priesters. Zie 1 Thess.4:4; 2 Tim.2:21; 1 Petr.2:5; Openb.1:6.